woensdag 4 juni 2008

Crisis

Juli

Na een tweetal maanden met onderstaand programma, staan de maandstonden opnieuw onveranderd voor de deur. De moed zinkt ons niet alleen in de schoenen, maar ook nog ver beneden dat peil. Meer en meer haten we alles wat bij zwanger worden komt kijken en op elke zwangere vrouw in vriendenkring of familie zijn we kwaad. Natuurlijk realiseren we ons dat het nergens op slaat. Misschien heeft die zwangere vrouw ook wel een hele weg afgelegd waar wij niets van weten. Ook wij vertellen immers niets over onze kinderwens en lachen alleen een beetje nietszeggend en geheimzinnig als we met kinderen of zwangerschap worden geplaagd. En als we toch ooit zwanger raken, zal ik dan nog vertellen hoe moeilijk het is gegaan?
Tezelfdertijd interesseert ‘mezelf’ me steeds minder. Wat is er ook nog aan mezelf om lief te hebben? Een syndroom, onvruchtbaarheid en tegenwerking van mijn lichaam maken dat ik mij met de dag minder mooi en vrouwelijk ga vinden. Het is alsof alleen mijn hoofd nog aan mezelf toebehoort en al de rest het eigendom is van de gynaecologe die ik nodig heb om te weten wat er in mijn eigen lichaam omgaat. Zij kan zien of er een eisprong aankomt, zij kan inschatten of die er goed uitziet, en zij alleen lijkt mij mijn kinderen te kunnen bezorgen. Ik kan alleen afwachten of dat ding onder mijn hoofd en die regio ‘daar beneden’ zullen doen wat ik wil dat ze doen. En zelfs mijn hoofd, dat altijd mijn best werkende lichaamsdeel is geweest, kan daar niets aan verhelpen of toe bijdragen. Het maakt plots niet meer uit of ik slim ben of dom, gestudeerd heb of niet. Het falen van mijn lichaam maakt mij één met alle vrouwen die ik zie, van het meisje aan de kassa tot de bedelares in de metro. We zijn allen lichaam; niet-bestuurbaar lichaam.


Juli 2007

Meer en meer op de dool door al deze negatieve gevoelens heb ik besloten niet meer bij de gynaecologe langs te gaan. Ik zal het zelf wel merken als er een eisprong is gepasseerd. De talrijke bezoekjes aan het ziekenhuis brengen meer ontgoocheling dan hoop mee, en hoe meer ik het vertrouwen in mijn lichaam kwijtraak, hoe minder ik mezelf nog tot vrijen kan brengen; zelfs een knuffel onderga ik steeds houteriger en onaangedaan.
Ik ben onlangs ook nog een afspraak bij de acupuncturiste vergeten, en al zijn mijn voornemens nog zo goed, het komt er maar niet van mij daarvoor te excuseren en een nieuwe afspraak te maken. De LH-testers zijn door Pablo in de vuilnisbak gekieperd toen hij zich realiseerde dat die net als de temperatuurmethode alleen maar in retrospect werken en enkel duidelijk maken wanneer al te laat is om nog kinderen te maken, en de thermometer zelf gebruik ik nog maar één of twee keer per week. We doen wel nog ons best om een regelmaat in vrijen aan te houden, maar als één van beiden het werkelijk niet ziet zitten, dan doen we het niet, in tegenstelling tot de maanden hiervoor. Het is goed zo. Misschien hebben we nu helemaal geen kans meer om zwanger te raken, maar het moet even gedaan zijn met onze fixatie. Onze eigenheid en onze relatie als koppel raken het spoor bijster in al deze pogingen om kinderen te maken. Nu nemen we rust. Wat de volgende stap is, dat zien we dan nog wel. We hebben sowieso eerst weer energie nodig om over een volgende stap te kunnen nadenken.

Geen opmerkingen: